45 verkoopkramen voor marktvrouwen in Papua (Indonesië)

Waar:

Papua

Veel Papoea’s (voormalig Nederlands Nieuw-Guinea) leven van de opbrengst van hun land. Dat valt niet mee, Papoea’s behoren tot een minderheid in eigen land en worden economisch en sociaal achtergesteld. Voor Papoea-vrouwen is de markt een belangrijke plek: daar verkopen ze hun groenten en fruit. De opbrengst wordt onder andere gebruikt om het schoolgeld van hun kinderen te betalen.

In de stad Sorong moesten de verkoopsters onlangs hun vaste verkoopplek verlaten om plaats te maken voor een overheidsgebouw. Voor de Papoea-verkoopsters leverde dit problemen op. Verplaatsen naar de nieuwe markt verder weg is voor hen geen optie: de vrouwen kunnen de hogere vervoerskosten niet betalen. Maar ook zouden zij iedere dag een oneerlijke concurrentiestrijd moeten voeren met transmigranten die – in tegenstelling tot de Papoea-vrouwen – de beste verkoopplekken hebben toegewezen gekregen.

In de tussentijd zijn de Papoea-vrouwen neergestreken op nieuwe plekken waar zij gevonden worden door hun klanten. Stichting Hapin – Papua Support Foundation en stichting CCHO hielpen de vrouwen met de aanschaf van verkoopkramen en koelingen. Dat verhoogt de verkoopopbrengst, maakt de vrouwen zichtbaarder voor lokale autoriteiten en geeft hen een betere onderhandelingspositie. Een belangrijke erkenning voor deze vrouwen en hun gezinnen, in een land waar weinig tot niet naar hen geluisterd wordt.

Het resultaat is overweldigend. Eén van de deelneemsters vertelt: “Heel erg bedankt voor de hulp. Het is een investering in onze gemeenschap als geheel. Mijn hoop is dat we een coöperatie kunnen vormen zodat we samen sterker staan in de toekomst.”